Dag,
Ondanks de communautaire hoogspanning van de afgelopen week, waag ik me vandaag nog eens over de taalgrens voor een verkenningsronde met het openbaar vervoer. Het belooft alvast een nostalgisch dagje sporen te worden, want het bordeaux is nog de alomtegenwoordige kleurstelling van het materieel op de voorstadslijnen rond Charleroi en La Louvière, die vandaag op het programma staan. De evolutie van het treinaanbod in deze regio vertoont door de jaren heen een opvallende gelijkenis met de sociaal-economische teloorgang. Dankzij de steenkool en de zware industrie speelde Le Centre traditioneel dan wel een belangrijke economische rol, maar de crisis bracht hier in de tweede helft van de 20ste eeuw een broeihaard van werkloosheid en criminaliteit voort, waarmee Wallonië in z’n geheel vaak onterecht vereenzelvigd wordt. Zo verging het helaas ook het treinverkeer, na de sluiting van de mijnen. De stelplaats van Haine-Saint-Pierre, ooit een uitvalsbasis voor de typische kompeltreinen, alsook de draaischijf van het dieselverkeer op diverse voorstadslijnen, leeft alleen nog voort in de hoedanigheid van een mooie bladzijde spoorweggeschiedenis.
Hieronder volgt alvast een overzichtje van de treinen die ik vandaag voorzien heb. Om de uiteinden van het spoornet niet dubbel te moeten berijden, zal een bus van de TEC me van Erquelinnes naar Binche brengen.
2932 Bilzen 11:03 – Hasselt 11:16
2233 Hasselt 11:31 – Leuven 12:22
6462 Leuven 12:28 – Ottignies 13:08
4563 Ottignies 13:22 – Charleroi-Sud 14:03
4764 Charleroi-Sud 14:12 – Erquelinnes 14:49
3916 Binche 16:20 – Brussel-Zuid 17:19
8307 Brussel-Zuid 17:34 – Aarschot 18:13
2917 Aarschot 18:13 – Bilzen 18:57
IR c 2932 (Bilzen 11:03 – Hasselt 11:16) wordt verzekerd door AM B 368, zij het met ruim 3 minuten vertraging. Mijn hoop om door een gunstige speling van het lot eens te mogen kennismaken met een gerenoveerde break, regelmatig te spotten op deze verbinding, mag dus weer voor even opgeborgen.
Vanaf Hasselt gaat het verder met IC K 2233 (Hasselt 11:31 – Leuven 12:22), die stipt vanuit Genk komt aangereden. Genk-Centrum, niet te verwarren met Bokrijk, voor het geval er gemeenteraadsleden meelezen. Hoewel dit niet bepaald het drukste moment van de dag is, zitten de zes M6-rijtuigen aardig vol. Het zijn er weldegelijk zes, want de eerste twee zijn zonder aanwijsbare reden afgezonderd. Voorbij Ezemaal worden de remmen even serieus op de proef gesteld. Ik denk in eerste instantie gewoon aan een vertraagde IR i voor ons, maar er blijkt meer aan de hand. Een technisch defect aan twee overwegen verplicht onze trein tot stapvoetse overschrijding, claxonneren inclusief, met zo’n zeven minuten vertraging als gevolg. Ter herinnering: dat is meer dan ik me kan permitteren, gezien de krappe aansluiting die straks volgt. Gegeven dat HLE 2736 er voor Leuven nog een kleine twee minuten kan afrijden, dringt zich dus een aartsmoeilijke afweging op: ofwel uitstappen, met het risico de overstap te missen en mijn dagplanning in duigen te zien vallen, ofwel via Brussel naar Charleroi sporen en zo dus twee interessante voorstadslijnen laten wegvallen. We komen in Leuven uiteindelijk aan om 12u27:18. Uitzonderlijk op spoor 1, hetgeen de doorslag geeft om het er toch maar op te wagen, hoewel ik uiteraard weet dat de L-trein naar Ottignies niet mag wachten (omdat zijspoor D onmiddellijk daarna opnieuw bezet wordt). Hier gaan we, voor wat de sprint van mijn leven moet worden…
En die wordt het ook! Een positieve afloop dus, al wacht de TBG van L 6462 (Leuven 12:28 – Ottignies 13:08) inderdaad niet op eventuele andere overstappers. Door de raampjes van AM 234 waait alvast een dik verdiende, welgekomen, verfrissende bries binnen, ook al staan ze eigenlijk niet open. Ondanks de frequentieverdubbeling van december is deze trein redelijk druk beklant. In tegenstelling tot wat ik verwacht had, was die uitbreiding dus zeker geen maat voor niets. Alleen zonde van de inefficiënte keringen in Leuven, zolang de doorkoppeling naar lijn 35 nog niet gerealiseerd is.
L 4563 (Ottignies 13:22 – Charleroi-Sud 14:03) bestaat uit twee gemoderniseerde stellen: AM 606 zal het mijne worden. We vertrekken niet op het voorziene uur, om aansluiting te bieden met de vertraagde IC M uit Liers. Zo lijkt het althans, maar precies op het moment dat die trein komt binnengereden, geeft onze TBG alsnog het vertreksein. Dit ruikt toch verdacht veel naar een spelletje reizigers pesten, met nog vier onnodige minuten vertraging erbovenop! Voldoening is misschien wel de reden waarom de TBG even later zo goed gemutst zijn ronde aanvat… Uiteraard trek ik het nu wat in het belachelijke, maar het is niet verwonderlijk dat zo’n inconsequentie handeling dergelijke gedachten oproept bij de getroffen overstappers. Onderweg valt vooral de belabberde infrastructuur van de stopplaatsen op, hoewel deze in de toekomst als uitloper van het GEN zullen dienstdoen. De verroeste blauwe schuilhuisjes, die hier aan bijna iedere halte opduiken, hebben daar alvast onvoldoende allure voor. Tussen Fleurus en Charleroi-Ouest gaat het over tegenspoor, hetgeen op het eerste zicht enkel te verklaren is door een vernieuwing van de perrons in Lodelinsart. Daardoor klokken we net geen zes minuten te laat af in Charleroi-Sud. De TBG hecht dan blijkbaar toch belang aan aansluitingen, want hij roept ze allemaal af, zoals dat sinds deze maand overal zou moeten gebeuren. In het station zelf hangen nieuwe digitale bestemmingaanduiders, maar ze zijn nog niet in werking. Daarentegen vervult de omroeper zijn taak voortreffelijk, want in een dienstmededeling legt hij alle aansluitende treinen (ook de mijne) een wachttijd op.
In L 4764 (Charleroi-Sud 14:12 – Erquelinnes 14:49) volgt nu de verkenning van lijn 130a. In het pré-hogesnelheidstijdperk vormde dit volledig dubbelsporig en geëlektrificeerd tracé een belangrijke schakel in het internationaal verkeer naar Frankrijk, maar tegenwoordig is de bediening beperkt tot één stoptrein per uur. De renovatiewerkzaamheden, die gespreid over verschillende jaren verlopen, zijn intussen toch al opgeschoten tot even voor Hourpes. Naarmate de rit vordert, loopt AM 753 (wederom een gemoderniseerd stel) langzaamaan leeg. Het publiek bestaat vooral uit arbeiders die er net hun ochtendshift hebben opzitten. Gezien de afgelegen ligging van de meeste stopplaatsen, is dat dan ook al wat men hier op dit uur redelijkerwijs kan verwachten.
Ik neem hooguit enkele keren per jaar een bus van de TEC, maar dat volstaat om in te ziet dat er altijd wel iets misloopt. Veelal gaat het dan om ontbrekende signalisatie, onaangekondigde trajectwijzigingen of veel te krappe rittijden. Met amper tien minuten overstaptijd in Binche, is vooral dat laatste niet bepaald een geruststellende gedachte. Tot overmaat van ramp is het verkeer in Erquelinnes gestremd door een markt. Bus 108 (Erquelinnes 15:15 – Binche 16:10) houdt er al meteen zes minuten vertraging aan over, en dan moet het ergste nog komen. Onwaarschijnlijk is het gewoon, langs hoeveel desolate landwegeltjes dit traject loopt, om nog maar te zwijgen over de kasseistroken en smalle steegjes in een aantal tussenliggende dorpen. Hoewel er onderweg nauwelijks reizigersbeweging is, lukt het de bestuurder niet om de dienstregeling aan te houden. Exact tien minuten te laat deponeert hij me uiteindelijk voor het station van Binche, terwijl de trein op de achtergrond wegrijdt. Zo gaat het nu eenmaal met onze NMBS: altijd te laat, tenzij je dat zelf eens een keertje bent. Bij de TEC is die leuze eenvoudiger: altijd te laat, punt.
Het treinaanbod in Binche is minder imposant dan het stationsgebouw, zodat er niets anders opzit dan een vol uur te wachten. Hoewel er hier wel een en ander te bekijken valt, is dit zonder meer een domper van formaat, omdat heel deze rondrit eigenlijk was opgesteld in functie van de unieke samenstellingen van de twee volgende treinen. De acht M6-rijtuigen van IR l 3916 worden omsloten door twee HLE’s 26, uiterst zeldzaam in het reizigersverkeer, terwijl P 8307 bestaat uit een combinatie van een HLE 23 met I10-rijtuigen. Nu wordt het dus IR l 3917 (Binche 17:20 – Brussel-Zuid 18:19), die het gewoon met een AM Q (831) doet, versterkt met een klassiek stel. Naast me zit een viertal duchtig aan de geestverruimende drank, die ze telkens opnieuw bijgieten in een blikje cola, totdat er natuurlijk nog nauwelijks cola in het mengsel overblijft. Wanneer we uiteindelijk een tweetal minuten te laat Brussel-Zuid binnenrijden, gaat het er al erg uitbundig aan toe, maar tot noemenswaardige overlast komt het niet. Onnodig erbij te vermelden dat ze bij controle niet over een vervoerbewijs blijken te beschikken, al komen ze er zelfs zonder toeslag vanaf. Zulke fenomenen zijn op deze verbinding dan ook schering en inslag.
In de samenstelling van IC E 1517 (Brussel-Zuid 18:30 – Bilzen 19:10) is vandaag een bicourante AM 96 (462) geslopen, naast twee exemplaren van de stelplaats Hasselt. Samen bieden ze gewoontegetrouw onvoldoende capaciteit, maar dat is vanavond niet het grootste probleem. Een tegenslag komt immers nooit alleen, zodat meerdere haperingen zich gedurende de rit zullen opstapelen. Blikvanger is… jawel, weeral een gestoorde overweg, deze keer ter hoogte van Wezemaal. De procedure is uiteraard nog dezelfde, maar ze veroorzaakt meer hinder dan vanochtend. Een kwartier vertraging is immers het verdict, al is die ook deels opgelopen door een erg moeizame tocht van Brussel-Noord naar Leuven. Een vertraagde IC F verhinderde immers de traditionele wisselbeweging naar lijn 36N nabij Diegem. De reizigers malen er allang niet meer om, zeker in vergelijking met het oponthoud dat een ongeval in Schulen vorige vrijdag teweegbracht. Er wordt geen treindeel afgekoppeld in Hasselt, waardoor de theoretische lange stop een zestal minuten vertraging opslorpt.
Het mag duidelijk zijn dat deze rondrit geen onverdeeld succes was, in tegenstelling tot het beeld dat de statistieken ervan schetsen. Hoewel slechts één trein een officiële vertraging liet optekenen, leek de echte stiptheid vandaag ver te zoeken. Kleine vertragingen kunnen het geduld van de reiziger immers even sterk op de proef stellen, in het bijzonder wanneer er daardoor aansluitingen in het gedrang komen. Het toppunt is dan nog dat het niet daardoor misliep, maar door een zoveelste gril van de TEC. Mijn vertrouwen in de Waalse vervoersmaatschappij is in ieder geval verder zoek dan ooit. En wat de mislopen treinen betreft, zal ik in de komende maanden met plezier nog wel een vervolg aan deze verkenning breien, waarbij voornoemde unieke samenstellingen dan hopelijk wel aan bod kunnen komen.
Groeten,
vr 30.04.2010
-
- Berichten: 745
- Lid geworden op: 03 aug 2006, 21:51
Re: vr 30.04.2010
En nog enkele foto's:
IR c 2909 bij vertrek in Bilzen.
De koppeling van een AM Q met een klassiek stel ziet er niet uit, maar is technisch wel perfect mogelijk.
IC O 468 bij vertrek in Brussel-Zuid
Groeten,
IR c 2909 bij vertrek in Bilzen.
De koppeling van een AM Q met een klassiek stel ziet er niet uit, maar is technisch wel perfect mogelijk.
IC O 468 bij vertrek in Brussel-Zuid
Groeten,
Re: vr 30.04.2010
Aardig, al is mijn appreciatie van de TEC-bussen beter dan de jouwe. Rijden die bussen nu tijdens de markt tot de eindhalte voor het station of stoppen ze nog altijd verderop in een zijstraat? Dat is wat ik eens meegemaakt heb, in omgekeerde richting? En voor ik het goed en wel allemaal doorhad, was de bus vertrokken.
Met vriendelijke groet
overweg13
overweg13
-
- Berichten: 745
- Lid geworden op: 03 aug 2006, 21:51
Re: vr 30.04.2010
Dag Vic,
Toen ik die markt zag, hield ik zelf ook al mijn hart vast of er wel een bus zou komen. Er hing geen aankondiging van een omleiding, dus kon ik niet anders dan gewoon voor het station te blijven wachten. Uiteindelijk kwam ze daar inderdaad opdagen. En wat mijn appreciatie voor de TEC betreft: nogmaals, ik ben geen frequente gebruiker, dus het zou toeval kunnen zijn dat er telkens wanneer ik een bus neem iets niet in de haak is, maar een goede indruk wekt dat alleszins niet. Dat de dienstregeling op veel lijnen niet aan te houden is, zal jij als trouwe klant waarschijnlijk ook moeilijk kunnen ontkennen. En met een frequentie van enkele ritten per dag, kun je nu eenmaal niet uit voorzorg een bus vroeger nemen...
Groeten,
Toen ik die markt zag, hield ik zelf ook al mijn hart vast of er wel een bus zou komen. Er hing geen aankondiging van een omleiding, dus kon ik niet anders dan gewoon voor het station te blijven wachten. Uiteindelijk kwam ze daar inderdaad opdagen. En wat mijn appreciatie voor de TEC betreft: nogmaals, ik ben geen frequente gebruiker, dus het zou toeval kunnen zijn dat er telkens wanneer ik een bus neem iets niet in de haak is, maar een goede indruk wekt dat alleszins niet. Dat de dienstregeling op veel lijnen niet aan te houden is, zal jij als trouwe klant waarschijnlijk ook moeilijk kunnen ontkennen. En met een frequentie van enkele ritten per dag, kun je nu eenmaal niet uit voorzorg een bus vroeger nemen...
Groeten,
Re: vr 30.04.2010
Dat probleem van veel te strakke dienstregelingen lijkt me eerder een probleem in de provincie Luxemburg. Daar heeft men enkele jaren geleden de rittijden op een aantal lijnen zo drastisch ingekrompen, dat ze nu niet meer realistisch zijn, met gemiste aansluitingen in de stations tot gevolg. Tussen Binche en Erquelinnes was me dat nog niet opgevallen.Molenbruch Y. schreef:Dag Vic,
Toen ik die markt zag, hield ik zelf ook al mijn hart vast of er wel een bus zou komen. Er hing geen aankondiging van een omleiding, dus kon ik niet anders dan gewoon voor het station te blijven wachten. Uiteindelijk kwam ze daar inderdaad opdagen. En wat mijn appreciatie voor de TEC betreft: nogmaals, ik ben geen frequente gebruiker, dus het zou toeval kunnen zijn dat er telkens wanneer ik een bus neem iets niet in de haak is, maar een goede indruk wekt dat alleszins niet. Dat de dienstregeling op veel lijnen niet aan te houden is, zal jij als trouwe klant waarschijnlijk ook moeilijk kunnen ontkennen. En met een frequentie van enkele ritten per dag, kun je nu eenmaal niet uit voorzorg een bus vroeger nemen...
Groeten,
Met vriendelijke groet
overweg13
overweg13