http://www.railfaneurope.net/pix/be/mus ... m/pix.html
Tenderlokomotieven hebben het makkelijker om bochten te nemen, vooral als achteruit moet worden gereden. Bij een aangehangen tender is het anders alsof de staart met de hond zwaait. Dus voor bedrijfssituaties waar vaak moet worden achteruit gereden (rangeerlokomotief, industriespoorweg, secundaire lijnen zonder draaischijf aan een van de eindpunten, stadsnetten) lopen tenderlokomotieven beter. Sommige zijn daarom ook qua asindeling symmetrisch gebouwd zoals de duitse BR 64 of 78, met evenveel loopwielen voor- en achteraan.
Andere, oudere constructie: steuntenderlokomotief: hier lopen de voorste wielen van de tender onder de stuurhut en de vuurhaard (en: firebox, sorry ik weet de nederlandse terminologie hier niet zo goed). Voor het eerst gebouwd door Engerth voor de Semmeringlijn, toen nog met door tandwielen aangedreven tender. Vermits de koppeling van de tender met een scharnier gebeurd kan die in de bochten minder hard slingeren, bovendien wordt zo een deel van het gewicht van de tender overgebracht op de drijfwielen. Die hebben dan meer aandrukkracht op de sporen en minder slip.
Diesel en electrische loco's hebben dat probleem niet meer, die zijn sowieso symmetrisch gebouwd.
Ik wou nog een foto opladen maar dat mocht niet van de server.