De route was als volgt:
Utrecht-Koebenhavn-Malmö-Helsingborg-Helsingoer-Koebenhavn-Kastrup-Koebenhavn-München-Bologna-Roma-Riposto-Randazzo-Catania-Venezia-Villach-Salzburg-Sargans-Landquart-Klosters-Davos-Filisur-Chur-Basel-Strasbourg-Paris-Lille-Antwerpen.
Bruno zou vanaf Koebenhavn meereizen, omdat deze al een “klein eindje” onderweg was (over noord-europa).
Het begon op 23 februari, toen ik overdag met m’n ouders naar Utrecht ging, om wat rond te kijken en mij ’s avonds op de trein te zetten.

Tegen 07h00 kon ik geen oog meer dicht doen en had ik me maar in de bistro gezet. Een saai vlak Deens landschap trok langs de ramen. Waar had ik dat toch eerder gezien? Oh ja, oost Groningen! Op een gegeven moment was er een heuvelachtig gebied dat aan het pajottenland deed denken, maar voordat het interessant begon te worden, was het al weer zo plat als een gebakken ei. Tegen 08h00 weer even terug naar coupé gelopen om spullen te pakken om me op te frissen. Intussen waren Ceciel en de Zweedse vrouw al in de weer om de coupé om te bouwen zodat je normaal kon zitten. Ik ben daarna met Ceciel gaan ontbijten in de bistro en spraken we verder over Scandinavië.
Rond een uur of 10h00 kwamen we dan op het eindpunt: Koebenhavn! Toen de trein stilstond, heb ik de trein verlaten en nog snel een plaatje getrokken:

Ik ben daarna naar boven gegaan om even wat geld te gaan pinnen. Pinpas erin, code ingetoetst en op 100 kronen gedrukt. Ik krijg netjes pas terug en bonnetje, maar geen geld! Wat nu? Ik vroeg of iemand me kon helpen, maar niemand sprak engels, Duits of Frans. Iemand die langs kwam kon wel engels en vertelde mij dat er iets met mijn pas aan de hand zou moeten zijn. Leuk! Wat nu? Ben het centrum maar ingelopen en heb het nog bij 8 andere banken geprobeert. Te vergeefs… Toch maar even het centrum ingelopen, wat me slecht beviel doordat ik werd overvallen door enquêteurs. Ook kwam de stad voor mij over als een wannabe-Amsterdam. Dus besloot ik de trein naar Zweden te pakken!
Toen ik terug liep viel mijn mond open, toen ik op een kruispunt belandde met 46 stoplichten…



-Gevoelige Denemarken liefhebber kan gerust weer verder lezen-
Uiteindelijk kwam 20 minuutjes later weer de volgende Öresund-trein. De trein reed met een aardig drafje door het land en voor ik het wist, zaten we al op de öresund-brug.

Speciaal voor onze Fles:




Ben toen maar even snel geld gaan wisselen en ben het centrum ingelopen. Het stadje was een rustig stadje waar een hele rustige sfeer hing. Het was wel raar om in een land te zijn waar je ECHT niets van de taal snapt, maar dat wende naar enige tijd wel. Gelukkig sprak iedereen er engels en dan ook nog eens op zeer hoog niveau.

Na even daar hebben rondgelopen, moest ik weer terug naar het station, want Bruno zou arriveren met een X2000 uit Göteborg.

Bruno kwam op het idee om de “oude klassieke” route te nemen naar Denemarken, dus met de trein naar Helsingborg en dan de boot naar Helsingoer. Zo gezegd, zo gedaan.
We stapte weer in zo’n Öresundtåg die ons naar Helsingborg zou brengen. In de trein vertelde we elkaars belevenissen van de afgelopen dagen en voor we het wisten, stonden we in Helsingborg.
Daar moesten we een paar roltrappen op en kwamen we bij het boot-terminal. We hoefden maar een kleine 15 minuten te wachten op de boot en we mochten gratis mee met onze interrail-ticket.
Eenmaal op de boot bleek het een varend winkelcentrum te zijn: Winkels, restaurant, snackbar, … Ik en Bruno hadden nog even onze Zweedse kronen proberen op te maken aldaar. Toen gingen we op het bovendek staan.




Tot mijn “grote vreugd” waren we toen weer in Denemarken. We moesten rennen voor onze trein, maar toen zaten we weer in onze Öresund-trein naar Koebenhavn. Dit ritje duurde ongeveer een uurtje. In Koebenhavn aangekomen gingen we nog een slagje Kastrup doen met de “echte Deense neus”. Heenweg de electrische versie, terug weg de diesel versie. Nog even snel gegeten bij de McDonalds en onze Deense kronen opgemaakt. Daarna onze CNL naar München opgezocht.
We hadden onze coupé snel gevonden en legde onze bagage neer. In onze coupé kwam nog een duitser die naar Würzburg moest. Intussen tikte de klok door en moesten we al 20 minuten weg zijn. Rot Denen! We moesten immers de volgende dag onze aansluiting van 28 minuten zeker halen… Uiteindelijk met +25 vertrok onze trein. Ik had lange gesprekken met de duitser. Hij kwam uit Zweden en was weer opweg naar huis. Stiekem had hij immigratie plannen naar Zweden, maar daar ging hij zich later mee bezig houden zei hij. Hij verklaarde mij en Bruno gek om zo’n idiote rondreis te maken, maar gaf ons groot gelijk toen ik hem onze motivatie vertelde. Na Kolding gingen we slapen en hopen dat de vertraging ingelopen werd… Midden in de nacht zag ik nog dat er nog 2 mensen bij waren gekomen, maar die waren ’s ochtends al weer weg toen ik wakker werd.
Dag 2:
*DER ICE 827 AUS WÜRZBURG NACH MÜNCHEN FÄHRT EIN IN GLEIS 5!* En zo ging het nog even door... Ik keek naar buiten, goh, we zaten al in Nürnberg… Gelukkig hadden we onze vertraging ingehaald en reden we helemaal optijd. Snel even opgefrist en daarna gaan ontbijten met Bruno in de bistro. We reden door een besneeuwd, heuvelachtig zuid-duits landschap. Net voor München kwamen we langs een of andere Siemens fabriek en zag ik een NMBS HLE18 staan!
Geheel volgens schema kwam onze CNL München binnen. Snel even foto gemaakt van de trein:



De italiaanse IC Plus rijtuigen reden langzaam het station binnen. Ik en Bruno snelde naar onze coupé, maar hier was een cliché-tevreden-oostenrijks-gezin zich aan het installeren. Even wachten dus… Uiteindelijk konden we onze coupé binnen. Op mijn stoel lag nog echter een rugzak, ik vroeg vriendelijk of die even weg gehaald kon worden, maar ik kreeg een heleboel gesnauw over me heen dat ik ongeduldig was geen respect had enzovoort enzovoort… euh..? Dit zou nog gezellig worden…
Toen ik en Bruno ons geïnstalleerd hadden, reed de trein weg. Na ongeveer een uur kwamen we in Oostenrijk en de sneeuw hoopte zich maar op!


Ook hier lag nog veel sneeuw:

Intussen was het middaguur aangebroken en gingen ik en Bruno iets eten in de bistro. Hier kochten we een foccacia, die redelijk goed smaakte. Wanneer we terug liepen, zaten we al in Fortezza, en verliet het cliché-tevreden-oostenrijks-gezin –godzijdank- onze coupé en hadden we het rijk voor ons alleen.
Hoe verder we kwamen, hoe mooier het weer werd. Eenmaal in Trentino was het heerlijk weer buiten en was het 15 graden celcius!

Hier hadden we tijd om even snel een slaapcoupé te boeken van Catania naar Venezia, omdat we die nog niet eerder konden boeken. Dit was geen probleem en al snel geregeld. Uiteindelijk op het perron moesten we nog 10 minuutjes wachten op onze Frecciarossa naar Roma. Tot mijn grote verbazing stond het perron stampvol! Uiteindelijk kwam onze Frecciarossa met +10 binnen en namen we plaats in onze wagon. De trein zette met een aardige vaart koers op Firenze. We reden door het prachtige toscaanse landschap. Op een gegeven moment kwam er een tunnel en ging onze trein hele erge vaart maken. Ik vermoed dat we daar reden aan een kleine 220 km/h door die tunnel! Aan het einde van de tunnel remde hij weer af naar 160 km/h. We kwamen in Firenze.
Hier moest de trein keren en kwam er nog een illegale broodjesverkoper door de trein gewandeld. Uiteindelijk met +18 vertrok onze trein naar Roma. Al redelijk snel zaten we op de Diretissima. Dit was de eerste hogesnelheidslijn van Europa. Deze lijn verbind Firenze met Rome. De Frecciarossa, Frecciargento en Eurostar Italia rijden hier de volle 250 km/h.
Intussen was het al buiten donker en snelde de trein door het mooie Toscane waar je in de verte de zon zag onder gaan. De omgebouwde ETR500 die we hadden was een hele fijne trein met zeer goede zetels. Genoeg ruimte voor bagage en bij iedere zitplaats zat ook een stopcontact, handig voor de gsm nog even aan het infuus te hangen… Halverwege de lijn maakte onze trein nog een remming naar 80 km/h, maar reed daarna weer met volle 250 km/h door naar Roma-Termini. Hier kwamen we met +10 aan.
Omdat we hier nog een aardige overstaptijd hadden, gingen we pizza eten tegenover het station. Dit was een kleine pizzaria waar we een stuk pizza kochten, maar dat was echt héél lekker! De Italiaanse keuken op z’n best!
Daarna zochten ik en Bruno nog een winkel om t-shirts te kopen, maar we vonden niets geschikts. Uiteindelijk nog croissants voor volgende ochtend gekocht en wat drinken voor op de nachttrein. Toen we op het perron stonden, stond onze Espresso naar Siracusa al klaar. Wij hadden een gerenoveerde wagon. Onze coupé moesten we delen met 2 arbeiders uit Sicilië. De een was militair en de andere zijn we nooit achter gekomen wat hij was. Geheel optijd vertrok onze trein naar het zuiden. De coupé was een 4-persoonscouchette en geheel gerenoveerd. De ligplanken waren redelijk zacht en je kreeg ook een goede deken. Later kwam de conducteur nog langsgelopen met bakjes water (u leest het goed, bakjes water) en Trenitalia Pretpaketten (Ofwel: “Kit Comfort” met pantoffels, verfrissingsdoekjes en toiletbrilbedekkingen). Na Latina gingen we slapen, maar dat ging bij mij iets lastiger: Even later stonden we in Napoli…
Toen de treindeur open ging stond iedereen nog heel luid te praten en te joelen op het perron en een tal van illegale verkopers nam een loopje door de wagon om wat te kunnen verkopen. Gelukkig reden we al snel verder naar het zuiden.
Dag 3:
’s Ochtends stond de coupé deur een klein beetje open, de militair was al vroeg op de been want hij moest er zo uit… We zaten al in Messina! Ik zag langzaam hoe de trein van de boot werd gereden. Ik probeerde nog even verder te slapen. Uiteindelijk voor Taormina waren we allemaal wakker en ging ik me opfrissen. De conducteur kwam langs en zei ons dat we binnen 20 minuten in Riposto zouden staan. We konden dus rustig aan doen… Voor onze coupé lagen kranten klaar. Prima service van Trenitalia op die nachttreinen zeg! Uiteindelijk zag ik een geweldig grote berg in de verte, dat kon niet missen, dat was de Etna! Geweldig mooie vulkaan is dat zeg! 10 minuten geleden kwam onze conducteur langs en… we reden Riposto nu al binnen!!!!!! Snel heel het boeltje bijeen gepakt, uit de trein gegooid toen hij stilstond en op het perron maar even schoenen aangetrokken en tas ingepakt…
Het zag er hier allemaal wel héél zuidelijk uit zeg… prachtig! Achter het station zagen we al een Circumetnea treintje weg rijden, dat werd wachten voor ons…
Toen we ons boeltje hadden ingepakt, liepen we naar Giarre Circumetnea station. We moesten inderdaad nog een tijdje wachten voor de volgende trein… Wel kwam er nog eentje uit de andere richting:
















Wij belandde op een gegeven moment ook nog in de sneeuw en een groot wolkendek schoof over de Etna heen, waardoor de top 2 uur niet te zien was… Voor de rest was het nog prima weer:





Toen kwam onze Espresso naar Venezia binnen. Een stokoude E656 locomotief kwam met onze zeer lange (wel 4 rijtuigen..) slaaptrein binnen gereden. Wij liepen onze T3 wagon in en namen plaats in onze coupé. De trein reed verder naar Taormina. Achter de Etna ging de zon langzaam onder en dit gaf een zeer mooi tafereel, de trein stond gelukkig op het mooiste punt ook nog even stil zodat ik deze foto kon maken (let op dampen uit de krater!):




Na 20 minuten meerde we aan in Villa San Giovanni. Ik en Bruno waren nog heel lang aan het doorpraten, maar tegen 22h30 opperde de italiaan het idee om eens te gaan slapen. De conducteur kwam onze bedden in orde maken en waarschuwde ons voor zakkenrollers in de trein in de nacht. We moesten heel erg oppassen met naar het toilet gaan in de nacht, omdat er dan blijkbaar veel word gestolen in de trein.
Vergeleken met de Citynightline couchettes was deze italiaanse slaapcoupé de hemel! Heerlijk zachte bedden waar ik in sliep als een roos.
Dag 4:
Toen ik net wakker was stond onze italiaan al luid met alle andere Italianen op de gang te klepperen, het was al 07h00. Toen onze coupé-genoot even iets moest pakken dacht ik dat hij iets tegen mij zei, maar toen ik vroeg wat hij zei, kreeg ik zo’n typisch italiaanse reactie met zo’n intonatie die alleen in Italia kan: Dorme, dorme! (slaap, slaap!)
Tegen 07h20 was Bruno ook al wakker en meldde ik hem dat we al bijna in Firenze zaten. Echter toen Bruno z’n GPS erbij pakte, bleken we pas bij Perugia te zitten, OEPS! We hadden een kleine +70 dus… Even opgefrist en coupé omgebouwd zodat we weer konden zitten.
Tot mijn grote vreugd kreeg iedereen ’s ochtends een warme drank. Ik en Bruno hadden voor cappuccino gekozen. We kregen dus een bakje met échte italiaanse cappuccino. Heerlijk!
In Firenze werden kranten uitgedeeld en hadden wij ook weer iets te doen. Intussen reed de trein weer door het mooie toscaanse landschap:


In Rovigo kwamen we oude Sloveense locomotieven tegen van een italiaanse privaatvervoerder:




Toen we het station uitliepen, stonden we meteen midden in het cliché Venezia:


Omdat het ondertussen al middag was, zijn we maar weer eens pizza gaan eten. Toen wilden we “even snel naar het San marco plein”. Dat was echter even wat moeilijker…

We volgden heel de tijd de bordjes “PIAZZA SAN MARCO”, maar we hadden het gevoel er 5 rondjes omheen te lopen… Uiteindelijk hadden we het gevonden:



We hadden daar nog een paar uur, en nu? We besloten ons in de McDonalds te gaan zetten. Daar hebben we even gegeten en de tijd uitgezeten. Tegen 00h30 gingen we terug naar het station, omdat onze “Wiener Walzer” naar Zwitserland er dan zou zijn. Helaas, +30!!
Nog een half uur uitgezeten op het perron en toen kwam de Wiener Walzer binnen. Aanvankelijk wilde we in een hongaars rijtuig meerijden, maar die zagen er slecht uit. We liepen naar een ÖBB-EC wagon en daar vonden we nog een coupé waar nog genoeg plaats was. Er zat alleen een oma in die al vanaf Hongarije daar zat, de arme!
We schoven de stoelen plat en zijn gewoon gaan liggen.
Dag 5:
Tegen 05h10 ging mijn wekker af, maar we zaten nog in Oostenrijk… In Feldkirch zag de oma dat we +30 hadden. We moesten dus nog een half uurtje uitzitten naar Sargans. Net voordat we in Sargans aan kwamen, verlieten ik en Bruno de coupé en liepen richting deur. HALLT! ZOL! Ihre Reisepass bitte! Wohin fahren Sie? Was machen Sie in die Schweiz?
Nadat ze ons hadden uitgehoord en ID 5 keer door controle apparaat hadden gehaald, lieten ze ons met rust. We kwamen in Sargans. Hier was het nog best koud eigenlijk… Snel m’n sjaal omgedaan en handschoenen aangedaan.
In Sargans hadden we een half uur, Bruno kocht wat om te ontbijten, maar ik vond €1,90 wel een beetje heel erg veel voor 1 croissant!
Daarna hadden we de stoptrein naar Landquart, een colibri stel. Dat ding stond onderhand iedere 100 meter wel stil zeg… In Landquart stapte we over op de Rhätische Bahn naar Klosters.
Dit was opzich wel een grappig treintje, reed totaal niet hard maar had wel iets grappig.










In Basel waren we optijd aangekomen, aan de andere kant van het station heb je Basel SNCF, waar treinen van de SNCF naar Frankrijk vertrekken. Wij hadden het geluk dat de “STOPTREIN” naar Strasbourg +10 had en konden we deze op het nippertje halen. Deze TER200 bestond uit gerenoveerde Corail rijtuigen met een sterke Sybic locomotief ervoor. Zoals de naam misschien al doet vermoeden, rijd deze trein 200 km/h. Tussen Basel en Strasbourg stopte de trein enkel nog in Mulhouse, Colmar en Sélestat. Voor we het wisten, stonden we al in Strasbourg!
Strasbourg is pas nog gerenoveerd, met de komst van TGV. Over het oude gebouw, hebben ze als het ware een soort van “glazen rups” gezet:

Ik en Bruno hebben hier wat gezocht voor lunch en zijn daarna op TGV naar Paris gestapt. Helaas stond er op onze reservatie: 02 places voiture 5, SI DISPONIBLE. Met andere woorden: Zoek het zelf maar uit!
Doordat dit een spits-TGV was, viel dit zwaar tegen. Uiteindelijk hebben we met veel geluk nog 2 plaatsen kunnen vinden. Na een uur over gewoon spoor, reden we de LGV Est-Européen op en werd het tijd om mijn landsnelheidsrecord te verbreken. En voor ik het wist was dat al gebeurd want we reden de volle 320 km/h! De LGV Est was wel aardige lijn, maar het landschap is niet echt zo heel erg boeiend. Voordat we in Parijs kwamen, besloten ik en Bruno naar de voorste wagon te lopen zodat we onze overstap zouden halen in Parijs. In Paris-Est aangekomen zijn we meteen gaan lopen richting Gare du Nord.
Doordat ik de weg heel goed kende in Parijs, stonden we 5 minuten later al voor onze TGV naar Lille. Hierdoor had Bruno nog even de tijd om iets te eten te halen.
We hadden een ex-Eurostar TGV:

Na snel lopen in Lille Flandres zaten we dan in onze “oude vertrouwde Belgische Am96”!
De voorsteden van Lille zagen er zeer slecht uit, maar je herkende wel heel erg de vlaamse woningbouw. Ik ben toen aan dit verhaal beginnen te schrijven. In Lokeren nam ik afscheid van Bruno en een half uurtje later stond ik in Antwerpen, waar mijn familie mij opwachtte.
Dat was al met al een zéér intensieve week, maar zeker de moeite waard! Zo ben ik in contact gekomen met Scandinavië waar ik me plots erg voor interesseer.